Het Damestasje

Freek over deze voorstelling:

Beluister hier het gesprek van Freek met Richard van Bilsen (Zwarte Kat) over Het Damestasje – 1 juli 2020


ik ben zoals u vast wel weet verschrikkelijk verslaafd
mijn hunkering moet snel gestild mijn lust subiet gelaafd
zoals ik hier nu rustig zit is op zichzelf een wonder
want ik heb elke tel wat nodig kan geen sekonde zonder

toe haast je wat schiet schielijk op bezorg mij vlug die trip
omdat ik anders in paniek hier voor je ogen flip
weer de verkeerde dingen doe die niet kennen en niet maggen
want ik kan geen sekonde zonder dat de mensen om mij lachen

een flauwiteit een woordspeling een bak met baard of sik
een stuntelende stotteraar een horrelvoet met hik
bananenschillendiarree vanvollenhovenoren
toe lieve mensen lach lach lach ik ben een junk ’k moet scoren

Verslaafd aan de lach. Op 31 december 1985 neemt Freek de Jonge met zijn oudejaarsconference De Finale afscheid van het theater. ‘Zeker voor een jaar of twee’, zegt hij dan in interviews. En in mei 1986, als hij wordt geïnterviewd over zijn te verschijnen film De Kkkomediant, zegt hij: ‘Het theater heeft voor mij zijn deuren gesloten. Ik kom daar de volgende jaren niet meer. Zeker niet voor het najaar van ’88 en zelfs dat durf ik nog sterk te betwijfelen. (…) Er is in mij geen enkel verlangen meer om hartelijk toegejuicht te worden door 1700 fans in Carré. Ik wil nu alleen in de film nog ieders oorsprong laten zien.’ Maar… een half jaar later staat hij er weer.

Als hij op zaterdagavond 8 november 1986 naar het Rotterdamse Theatercafé Plan C toe komt, is er nauwelijks ruchtbaarheid aan zijn optreden gegeven. Hij komt voorlezen, maar er is geen titel en er is geen echt programma. De enorme belangstelling en de lach van de tweehonderd mensen die een plek wisten te bemachtigen, doen hem zichtbaar goed. Hij heeft een stapel papieren bij zich die hij gaat voorlezen: korte en langere verhalen, conferences, gedichten, liedteksten… Maar dan al neemt hij meteen weer de ruimte voor losse opmerkingen en grappen. Die avond besluit hij voor december een theatertourtje te plannen. Onder de titel Freek leest Het Damestasje, want dat is de titel van de bundel met deze teksten, die in januari zal verschijnen. Als Freek leest Het Damestasje kort daarna in de advertenties verandert in Freek kent Het Damestasje uit zijn hoofd is er toch weer sprake van een heuse theatervoorstelling. Die zal ook in januari en februari nog spelen.

Over de titel Het Damestasje meldt de achterkant van het boek: Met hetzelfde genoegen waarmee dames hun tasjes volproppen met frutsels, lekkere geurtjes, papieren zakdoekjes en andere intieme benodigdheden, heeft Freek de Jonge dit boek gevuld met herinneringen, verhalen, liedjes en columns.

Ook Het Damestasje van de voorstelling is gevarieerd gevuld: verhalen, gedichten en liedjes uit het boek, maar ook clownerie à la Toon Hermans (in de weer met trommels, kazoo, sambaballen en zijn eigen ledematen) en a capella of aan de vleugel gezongen liederen van Neerlands Hoop. Wat Het Damestasje zo bijzonder maakt, is dat de vorm weliswaar sober is met nauwelijks aandacht voor het decor of de kleding (Freek draagt een rokkostuum), maar dat de inhoud nog nauwelijks laat geloven dat de voorstelling begonnen is als boekpresentatie.

Slechts enkele teksten leest hij voor vanachter een katheder, zoals het hilarische Een vies praatje en de cursus Over het maken van een conference, met als terugkerend element een plaagstootje in de richting van kunstbroeders als Seth Gaaikema, Youp van ’t Hek, Wim Ibo, Wim T. Schippers, Herman van Veen en Paul van Vliet. En de keuze voor dat spreekgestoelte lijkt hij minder te maken uit de noodzaak zijn papieren te kunnen lezen dan om de afwisseling in de presentatie te vergroten.

Het maken van een conference is niet moeilijk. Collegae die het tegendeel beweren, verdienen die kwalificatie dan ook niet.

Om te beginnen kiest men een onderwerp. Dat kan de moeilijkheid niet zijn, hoewel de meeste vakbroeders hier al problemen krijgen, omdat zij overweldigd worden door het aanbod en als een houthakker met een bijl op het achterhoofd krabbend voor het tropisch regenwoud gaan staan in plaats van erop in te hakken.

Een eenvoudige manier van selecteren is: dingen die je kunt doen tegenover zaken die je beter kunt laten. Dikwijls zien we dat beginners dingen doen die ze nu juist beter niet hadden kunnen doen, terwijl gevorderden zaken laten die wij ze nu juist graag hadden zien doen.

Ten einde raad beginnen ze over zichzelf: ‘Ik werd vanmorgen wakker…’ Ik zou hierover willen zeggen: begin nooit over jezelf! Ik probeer zinnen te mijden die met ik beginnen. Ik noem dit De Jonge’s Anti-Ego-Wet. Over jezelf praten is geen onderwerp, maar een lijdend voorwerp. Wat zijn dan wel onderwerpen? Het weer is een onderwerp. En ook het onderwerp is een onderwerp, gezegde is werkwoordelijk deel, een onderwerp naamwoordelijk deel… Maar die grap hadden we al gemaakt. Tip: maak nooit twee keer dezelfde soort witz vlak achter elkaar, tenzij u parodieert dat je nooit twee soortgelijke moppen achter elkaar moet doen. Dan natuurlijk wel.

De andere teksten zijn alweer uitgegroeid tot volwaardig ­theatermateriaal, waaronder het titelverhaal en het verhaal Het buitenbeentje. Bijzonder is ook dat voor het eerst weer melodieën klinken van niet alleen zijn huidige componisten, zoals Henny Vrienten, maar ook van Bram Vermeulen. Met onder meer Bello de Hond, Elsje, De misstap van Ome Daan, Opa, De oude vrouw en Het Wad wordt dit programma zodoende een eerbetoon aan Neerlands Hoop.

Ook enkele andere gezongen en gesproken teksten zijn niet nieuw, maar wel voor het eerst in het theater te horen. Daaronder Het Clowntje, dat de openingstekst is van de bundel Het Damestasje, maar vier jaar eerder al stond afgedrukt in het programmablad van De Mythe. De slottekst van de bundel, Liedje van verlangen, op muziek van Henny Vrienten, is ook het slot van de voorstelling, die uiteindelijk toch weer twee uur duurt.

ach was ik een vogel
een jager voor mijn part
desnoods de kogel
die je raakte in je hart
ach wat ik wou wel alles zijn
zelfs burgerlijk en trouw
als ik bij jou bij jou kon zijn
als ik kon zijn bij jou

(…)

ik probeerde te ontkomen
fantaseerde erop los
vluchten reizen dromen
zag veel bomen weinig bos
in de drukte van het gedrang en
in de stilte der woestijn
groeide stilaan het verlangen
naar het bij jou te zijn

(…)

verliefdheid is begeerte
naar de wellust van de daad
liefde is meer te vinden
in het eitje bij het zaad
gevangen in de geilheid
van een verre vreemde vrouw
groeide verlangen naar de vrijheid
van het te zijn bij jou
van het te zijn bij jou

Sommige teksten uit de bundel Het Damestasje, die hij opdraagt aan zijn vader, krijgen geen plaats in de voorstelling Het Damestasje, maar wel in latere programma’s. Het verhaal De Lijstenmaker vormt het uitgangspunt voor De Pretentie, zijn volgende theatershow. En net zoals vijf jaar eerder volgt er ook dan een enorm productieve periode met vier programma’s en twee oudejaarsconferences in vijf jaar tijd. Het zal niet voor het laatst zijn dat Freek de Jonge resoluut aankondigt dat hij stopt met optreden om vervolgens toch weer door te gaan – tot op de dag van vandaag.

Publiciteitsfoto
gemaakt in een Volendams atelier.

Coulissen

‘Het was mijn bedoeling na De Bedevaart een paar jaar te stoppen en me toe te gaan leggen op louter schrijven. Maar het liep een beetje anders. Bij het verschijnen van de bundel Het Damestasje (…) leek het de uitgever en mij wel een goed idee een paar voorleesavonden te geven om zo het boek wat onder de aandacht te brengen. Omdat ik nogal snel uit mijn hoofd leer, werd het toch weer een voorstelling, waarbij ik tot groot genoegen van mijzelf, en gelukkig ook van het publiek, enkele liedjes uit de Neerlands Hoop-tijd vertolkte.’
(Freek de Jonge in zijn ‘Een woord achteraf’ in Iets rijmt op niets uit 1990)

‘Ik begin afkickverschijnselen te vertonen. Je bouwt je zelfverzekerdheid op uit wat je presteert. Ik trad regelmatig op en de mensen in de zaal gaven mij het gevoel dat ik in orde was. Dat is weg. Ik twijfel meer aan mezelf dan een jaar geleden. Ik denk dat dat nog even door moet woekeren, dat dat heel goed is. Het eenvoudigste zou zijn om morgen een paar zalen op te bellen en te vragen of ik weer methadon kan komen halen. Als het gezin er de dupe van wordt, moet ik ermee ophouden. Ik vind het wel moeilijk. Ik ren me gek, maar eigenlijk doe ik niet zo veel en dat geeft schaamtegevoel. In wezen ben ik een plichtsgetrouwe vaderlander. Een zaal die lacht, is het mooiste wat er is. Als je dat kunt, waarom zou je jezelf dan frustreren, vraag je je af. Maar dat geldt voor een heroïnegebruiker ook. Ik denk dat het heel goed is om jezelf te frustreren.’ (HP, 4 oktober, 1986)

Op zaterdagavond 8 november 1986 om 21 uur staan er nog lange rijen mensen voor Theatercafé Plan C aan de Rotterdamse Oude Haven als Freek de Jonge binnen voor zo’n tweehonderd gelukkigen begint aan een voorleesavond van – ja, van wat? ‘Na afloop van de voorstelling is in de kleedkamer (…) geen antwoord te krijgen op vragen of het hier om een try-out voor toch een nieuwe show gaat of om een voorproefje van zijn boek. (…) “Ik heb me voorgenomen hier niets over te zeggen”, aldus de cabaretier.’ (de Volkskrant, 10 november 1986)

‘Eigenlijk ben ik in 1986 gestopt met optreden. Vanaf die tijd werkt Hella mee als Chef Licht. Wat ik bedoel te zeggen is dat ik sinds Het Damestasje niet meer het gevoel heb dat ik naar mijn werk ga als ik moet optreden. Door de samenwerking met mijn vrouw, die daarvoor natuurlijk ook al ruim bijdroeg aan het toneelbeeld, krijgen de shows iets huiselijks. U bent als het ware bij ons op bezoek.’ (Programmaboekje Losse Nummers, 1991)

In Het Damestasje draagt Freek de Jonge geen door Hella de Jonge ontworpen kleding, maar een rokkostuum.

In 2004 organiseert het TIN (Theaterinstituut Nederland te Amsterdam) een expositie rond het 25-jarig theaterjubileum van Hella en Freek de Jonge als gezamenlijke theatermakers. Daar zijn ook kostuums uit voorstellingen te zien. Uit een begeleidende tekst bij de tentoonstelling:

‘In de loop der jaren is Hella op het toneel de kunst van het weglaten steeds meer gaan toepassen en kreeg Freek de behoefte zich wat bescheidener en strakker te kleden. Daarmee verviel de noodzaak dat Hella alle kostuums zelf maakt. Toch drukt ze ook op de gekochte maatpakken altijd een eigen accent door er versieringen op aan te brengen. Freek blijft immers haar “levende object”.’

Kritiek

‘Het Damestasje, ook wel getypeerd als “een tussendoortje”, blijkt allesbehalve een matige noodgreep. Daarvoor heeft Freek de Jonge te veel capaciteiten. Het Damestasje zit vol scherpzinnige vondsten en de zwakke momenten vallen nauwelijks op door het enorme hoge tempo dat we van De Jonge gewend zijn. (…) Zelfs zijn hulpeloos gepingel op de piano verheft hij met een stalen gezicht tot pure kunst.’ (Anja van den Akker in het Brabants Dagblad, 5 maart 1988)

Speeldata

November 1986 tot februari 1987.

Muziek

Bram Vermeulen (hernomen Neerlands Hoop-repertoire) en Henny Vrienten (Liedje van verlangen).

Publicaties

Tekst

Het Damestasje. Eerste t/m vijfde druk (1987), zesde druk (1988) en zevende druk (1989).

Het Damestasje. Heruitgave in de serie Rainbow Pocket (1996).
De tekstboeken van alle voorgaande voorstellingen verschenen op A4-formaat. Bij Het Damestasje ligt de voorstelling niet ten grondslag aan het boek, maar andersom. Vanaf nu verschijnen de boeken van Freek de Jonge dan ook op het gangbare formaat van literaire uitgaven – precies zoals ze bedoeld zijn dus.
De bundel bevat 24 teksten: 13 verhalen, 5 gedichten/liedjes en 6 theaterteksten. Die maken niet allemaal deel uit van het theaterprogramma. De theaterteksten verschillen van de verhalen door de typografische opmaak, met afgebroken zinnen en zonder interpunctie, zoals ook het geval was in de tekstuitgaven van zijn programma’s tot nu toe.

De Wereldverbeteraar (1985).
Een van de verhalen uit de bundel Het Damestasje verschijnt in 1985 in de Slibreeks van het Zeeuws Kunstenaarscentrum. De oplage is 1500 exemplaren. Het verhaal is geïllustreerd door Jan Haas.

Pretparken (1988).
Eerste uitgave in de reeks Budgetpockets van Uitgeverij ­Budgetboeken. Bestaat uit zeven verhalen uit de programma’s De Tragiek, De Mars en De Bedevaart en de boeken Het Damestasje (Hampie en Wounded Knie) en Zaansch Veem.

De teksten Het buitenbeentje, Het Damestasje en Een vies praatje staan ook afgedrukt in De Rode Draad (1995) en De Toeschouwer (2006).

Het hernomen Neerlands Hoop-repertoire en Liedje van verlangen staan afgedrukt in de liedtekstbloemlezingen Iets rijmt op niets (1990 en 1996) en Leven na de dood (2004).

Geluid

S – Het Wad/Elsje (1987).

LP – Het Damestasje (1987).
Grammofoonplaat met een bescheiden keuze uit de voorstelling: vier liedjes (Liedje van verlangen en drie Neerlands Hoop-liederen) en vier conferences, waaronder Het Damestasje en Het maken van een conference.

Beeld

VHS-uitgave: deel 7/8 van de videoserie in 16 delen (1992).
In 1992 verschijnen twee cassettes met elk zeven videobanden met shows van Freek de Jonge. De eerste cassette: de ook al eerder uitgegeven banden De Komiek (deel 1) t/m De Bedevaart (deel 7). De tweede cassette: de nieuw uitgegeven banden Stroman en Trawanten (deel 8) t/m Losse Nummers (deel 14). Later komt er nog een los deel 15 op de markt: De Estafette (oudjaar 1992).
Ter gelegenheid van het uitkomen van de tweede cassette – de delen 8 t/m 14 – verschijnt Het Damestasje als een deel met het nummer ‘7/8’. In het kader van een speciale ‘Freek-actie’ krijg je die cadeau bij de keten Free Record Shop. Daarvoor moet je de veertien zegeltjes gespaard hebben die je ontvangt bij aankoop van de veertien videobanden. ‘Zolang de voorraad strekt’ overigens, want het betreft een gesigneerde en gelimiteerde uitgave in slechts 300 exemplaren. Het Damestasje verscheen niet op dvd.

[Tekst: Frank Verhallen uit ‘Kijk! Dat is Freek’]