Dag 13: Zeg nooit het is van mij

ik ga op een morgen wandelen
op zoek naar een gedicht
de natuur lijkt nog naar nergens
de zon geeft amper licht
de vogels zingen herfstig
een mist hangt over het land
en bij de derde boerderij
ligt een kadaver aan de kant

het water lijkt bewandelbaar
een zeilboot wacht op wind
overmorgen ga ik een kind
begraven van een vrind
hij vroeg mij iets te zeggen
ik ben voor zijn vraag gezwicht
dus loop ik nu te wandelen
op zoek naar een gedicht

woorden voor het onzegbare
onmisbare gemis
troosteloos misbaar
voor wie ontroostbaar is
laat los als je een kind krijgt
laat het in godsnaam vrij
zeg nooit of te nimmer nooit
zeg nooit het is van mij

even voor de avond valt
sta ik bij de horizon
ik was mijn handen en mijn voeten
laat mij lessen door de bron
goed en kwaad bestaan niet
zo min als recht en plicht
dood is een genadeklap
zo wordt een gat gedicht