DvhN – Column 2

De pers, tegenwoordig heet dat de media, kijkt graag vooruit. Waarschijnlijk om een behoefte van het publiek te bevredigen. De gedetailleerde voorbeschouwingen op voetbalwedstrijden, het oeverloze commentaar bij ellenlange touretappes kennen maar een thema: wie gaat er winnen? Dat levert een berg clichés op. Zelden hoor of lees je: Nou, we zien wel.

Wij mensen kunnen niet wachten, dat is onze makke en intussen roepen we dat de tijd vliegt. De afgelopen week hebben Hella en ik veel vragen beantwoord die neerkomen op ‘Weet u waaraan u begint?’ Het antwoord is simpel: nee. Maar dat boeit de kijker of lezer niet. Hij of zij wil een onafwendbaar drama of een eclatant succes voorvoelen.

Wat bedoelt u met dit werk?, kwam ook voorbij. Je kunt een kunstenaar niet in grotere verlegenheid brengen. Hij/zij heeft juist gemaakt wat hij/zij gemaakt heeft omdat hij/zij het niet in woorden kan uitdrukken en is hij/zij schrijver dan staat het op papier. Beroemd is het antwoord van Karel Appel: ‘Ik rotzooi maar wat an.’ Wat het raadsel vergroot en dat is dan volgens Harry Mulisch weer de bedoeling van kunst.

Wij, Hella en ik, stikken van de bedoelingen en boodschappen maar we verraden niets in de hoop dat u dan beter gaat kijken. Ons werk zit erop. Nu is het aan de toeschouwer er iets van maken.

We sluiten een periode af van heel hard werken (dank aan onze fantastische medewerkers en een intens bijdragend en meelevend museum) en leven heel even in het heerlijk vooruitzicht van zes weken vol verrassingen en nieuwe inzichten. Kijk nu loop ik zelf ook alweer vooruit want misschien wordt het wel doodsaai.

Toen Maarten van de Weijden aan zijn heroïsche zwemtocht begon, wilde iedereen weten of hijzelf dacht of hij het ging halen. Stel dat hij geantwoord had: Als ik onder het bruggetje van Bartlehiem door ben, houd ik het voor gezien. Soms zijn zekerheden spoilers.

De vraag der vragen blijft: Zijn er nog vragen? Standaardantwoord: Ja, mag er een raam open? Wat gaat er vanavond bij de opening gebeuren? Als u dit leest is het bekend. Ik weet het niet. Twee dingen zijn zeker: de burgemeester komt en de commissaris van de koning is verhinderd.

Freek