Werkkamertjespolitiek – VPRO gids

Gids 11, 13 t/m 19 maart 2021 door Merel van Ommen

In tijden van zelfisolatie is de verkiezingsconference van Freek de Jonge radicaal openhartig.

Zelfs de strengste corona- maatregelen weerhouden cabaretier Freek de Jonge (1944) er niet van in een onstilbare stroom met de mensheid te blijven communiceren. Via You- Tube, bijvoorbeeld; ten tijde van de eerste lockdown zette hij 330 video’s met zijn voorstellingen, lezingen en liedjes online – inclusief korte toelichting via een podcast. Met als toelichting: ‘Mocht u opmerkingen hebben of iets missen, treedt met ons in contact.’

Volop contact maken, dus. Maar dan, gezien de huidige voorschriften, op nieuwe manieren. Zo nodigde hij een aantal bekende en minder bekende mensen uit voor één-op-één-try-outs in zijn werkkamer, om zo toch een beetje het gevoel van publiek voor zijn neus te krijgen. Vervolgens deed hij verslag via Twitter en Facebook. Brigitte Kaandorp bleek nadien een praktisch advies te hebben (‘Je moet je scheren!’), Erik van Muiswinkel hield vooral de politieke correctheid van de conference in de gaten en met Youri Albrechts, algemeen directeur van cultureel centrum De Balie, was het volgens De Jonge ‘prettig filosoferen’. Toeschouwer wordt medespeler, en zo ontstond De loterij: de innovatieve verkiezingsconference, die vlak vóór de verkiezingen op 17 maart wordt uitgezonden. In deze persoonlijke theaterdocumentairefilm ontrafelt De Jonge de mentaliteit van Nederland. Tegelijkertijd krijgen we een radicaal openhartig inkijkje in een voorstelling-in-opbouw.

De loterij belooft niet alleen een artistiek kantelpunt in het oeuvre van De Jonge te worden, ook inhoudelijk staat er veel op het spel. Volgens hem staan we namelijk voor de belangrijkste verkiezingen sinds de Tweede Wereldoorlog; corona is slechts een voorbode van wat er nog meer op ons af gaat komen. Als we bellen met Hella de Jonge, echtgenoot en medemaker zegt zij: ‘Het wordt héél spannend.’ En dan Freek op de achtergrond: ‘Maar we verklappen niks!’

Diederik Ebbinge vormde het eerste publiek van Freek de Jonge in De loterij. Lees hoe dat was voor hen beiden hieronder

Net als wij allemaal moet ook Freek de Jonge zich aanpassen aan coronamaatregelen. Daarom speelde hij zijn voorstelling ‘De Loterij’ voor één persoon tegelijk. Diederik Ebbinge was het eerste publiek en vertelt hoe dat was.

De dagen rijgen zich tegenwoordig aaneen als één grote videobelafspraak. Met glazige blikken die langs elkaar heen lijken te kijken, het onvermijdelijke door elkaar heen praten, afgewisseld met het net zo onvermijdelijke door elkaar heen zwijgen. Dus als Diederik Ebbinge (1969)en Freek de Jonge (1944) samen geïnterviewd worden over de verkiezingsconference van laatstgenoemde, treffen we elkaar, geheel volgens de tijdsgeest, ook via een schermpje. ‘Nou, gezellig’, zegt De Jonge als ook de VPRO Gids het aan-knopje van de microfoon weet te vinden. Hij zit in zijn werkkamer, de plek waar hij sinds half januari bekenden uitnodigde voor één-op-één try-outs van zijn zesde conference. Op de achtergrond prijkt een kunstwerk van bluesgitarist John Lee Hooker. Hij pakt er een biertje bij. 

De Loterij, uitgezonden aan de vooravond van de Tweede Kamerverkiezingen op 17 maart a.s., is een persoonlijke theaterdocumentaire van een verkiezingsconference. De Jonge: ‘Eigenlijk is het meer een verhaal over mijn leven, corona en de verkiezingen.’ Door het programma zijn vier afleveringen van een talkshow verweven, zeven korte filmpjes verbinden de losse onderdelen. ‘De theaterdeuren waren gesloten, dus ik kon niet meer optreden. Mijn hormoonspiegel veranderde, ik ben medicijnen gaan slikken, en daardoor ging ik hallucineren. Tegelijkertijd was daar ook het besef dat dit misschien weleens mijn laatste conference kon zijn. En zo ontstond deze nieuwe vorm.’ 

Wat is eigenlijk de zin van een verkiezingsconference? De Jonge: ‘Nagaan waar je staat in het leven, en welke politieke keuzes daarbij horen’. Dat er zwevende kiezers bestaan die niet verder komen dan een proteststem, is ‘op zich al sneu’, want we staan, volgens hem, voor de belangrijkste verkiezingen sinds de Tweede Wereldoorlog. ‘Dat de manier waarop we de energietransitie gaan doorvoeren nog niet in alle partijprogramma’s is opgenomen, is merkwaardig. De productiemiddelen voor energie waren tot nu toe in handen van multinationals. Dat heeft voor ongelofelijk veel ellende gezorgd. Nu hebben we een kans om opnieuw te beginnen. De wind en de zon zijn van óns, hoe gaan we die energie dan eerlijk verdelen?’  

Nadat De Jonge het ruwe concept voor De Loterij op papier had gezet, ging hij zijn adressenboekje langs. De ‘E’ van Diederik Ebbinge stond zo ongeveer bovenaan. En zo werd de acteur, schrijver en komiek de gelukkige die als allereerste de conference in huize De Jonge bij mocht wonen. Bij de meeste mensen breekt het angstzweet al uit als ze op de eerste rij van een theaterzaal moeten plaatsnemen, maar Ebbinge sloeg de uitnodiging voor de privévoorstelling niet af: ‘Ik vond het eervol, Freek is een icoon,’ vertelt hij terwijl hij zich richt tot de camera van zijn smartphone. ‘Ik was ook te nieuwsgierig: ik wilde de chef-kok weleens in zijn keukentje bezig zien.’ 
Via een ontbijtscène in de keuken (‘Freek was voor zijn vrouw een bakje yoghurt met muesli en fruit aan het maken, ik kreeg een kopje koffie aangeboden.’) en een lange gang bereikte Ebbinge de werkkamer. Hij nam plaats, en liet het ‘allemaal over zich heen komen’. Ongemakkelijk was dat niet: ‘Freek las mij voor, ondertussen nog wat zoekende in aantekeningen op laptop en papier. We keken elkaar nauwelijks aan – wel zo prettig voor beide partijen. Ik heb gewoon heerlijk en stilletjes zitten kijken.’ Met wapperende handen en typisch Freek-de-Jonge-stemgeluid: ‘Hij gesticuleerde overigens wél alsof hij op het podium stond.’ 

Brigitte Kaandorp, een van de latere werkkamergasten, bleek na de try-out vooral een praktisch advies te hebben: ‘Je moet je scheren!’ Erik van Muiswinkel hield de politieke correctheid van de conference in de gaten. Met Youri Albrechts, algemeen directeur van cultureel centrum De Balie, was het volgens De Jonge ‘prettig filosoferen’. Abdelkader Benali – veertiende in de rij – was ‘de eerste toeschouwer die geen enkele gêne toonde en vrijuit schaterlachte’. En een recensent van de Theaterkrant, die ook eens mocht komen kijken, beschreef de conference als ‘prachtig opgebouwd verhaal over het lot, gezelligheid en de wazige lijn tussen goed en fout’. Ebbinge: ‘Ik weet hoe eng het is om in zo’n prille fase met je werk naar buiten te treden. Ik voelde: het moet nog geordend en gekneed worden tot iets, maar alle ingrediënten zijn al aanwezig. Als je de tiende in de rij bent, snap ik dat je kritischer wordt, maar na afloop hoefde ik alleen maar te zeggen: “Het was heel vermakelijk, en ik heb met open mond zitten luisteren.”’ 

Die enorme variatie aan feedback bundelde De Jonge op zijn twitteraccount: ‘Het blijkt dat je als mens zulke andere ideeën hebt over wat je voor ze betekent, en waar ze op anticiperen. Al die wonderlijke dingen die tussen mensen in staan: ze zorgen ervoor dat het leven eigenlijk altijd chaos wordt.’

Volgens hem is er in ons land niet alleen sprake is van die onontkoombare Babylonische spraakverwarring, maar is het ons voornemen eigenlijk al niet meer om in een gesprek samen een toren naar de hemel te bouwen. Neem bijvoorbeeld het feit dat een deel van de Nederlanders – ondanks de huidige coronamaatregelen – de terrassen willen opengooien om zelf te gaan pimpelen. ‘Het zoeken naar bouwstenen en nieuwe mogelijkheden om die toren alsnog te bouwen, dat is wat voor mij kunst is. Wie naar mijn conference kijkt, weet niet meteen wat hij moet stemmen, maar het leert je wél iets over de tijd waarin we leven. En hoe ingewikkeld het is om mens te zijn.’

Voor de foto wordt het biertje vervangen door een gitaar. Hadden de één-op-één try-outs eigenlijk ook via een schermpje plaats kunnen vinden? De Jonge: ‘Tot nu toe hebben we best een behoorlijk gesprek, toch?’